Rammeltijd
Maart, het zijn van die dagen dat de zon warm schijnt en de wind koud blaast. Knoppen springen open, trekvogels arriveren weer in hun habitat en de voorjaarsbloeiers tonen hun knalkleuren. In de hazenwereld begint al het vroege voorjaar (februari) de rammeltijd en paartijd. Het grootste deel van het jaar zijn hazen erg plaatsgebonden, maar nu trekken de rammelaars (mannetjes) door de weilanden op zoek naar de moertjes (vrouwtjes). Het rammelen gebeurt op open gebieden, waar de grond droog is. De hazen rennen grommend achter elkaar aan, springen door de lucht en rollen over het gras. Tijdens dit rennen kunnen ze snelheden halen tot wel 70 km per uur.
Ondertussen gaan ze regelmatig met elkaar op de vuist. Ze staan hierbij op de achterpoten en delen krachtige klappen uit met de voorpoten. Wie wordt de winnaar en wie kiest het hazenpad? Het mannetje dat bij de bokspartij als sterkste uit de strijd komt, wint het vrouwtje voor zich. Het paartje zondert zich af en huppelt achter elkaar aan of ze liggen in hun 'leger' (ondiepe rustplek is vegetatie of beschutting). Zo'n zes weken later zullen er 'weer of geen weer' kleine haasjes geboren worden. Helemaal klaar: met vacht, open ogen, tanden en de oren overeind. De eerste twee weken worden ze gezoogd, daarna eten ze ook vast voedsel. Na 4 weken zijn ze zelfstandig en na 6 maanden kunnen ze al drachtig worden.
Door mijn kennis en verwondering over de natuur te delen, wil ik graag de schoonheid en rijkdom laten zien.
Judith van Schijndel